Peru

De 9 meestgestelde vragen over de Inca Trail


Wellicht de meest bekende trail ter wereld, in ieder geval van Zuid-Amerika. Oorspronkelijk startte de trail in Cuzco; tegenwoordig mag je hem van je bucketlist schrappen wanneer je de 45 kilometers vanaf Ollantaytambo naar Machu Picchu hebt gelopen. Ollantaytambo, het officiële startpunt waar je je laatste inkopen doet, samenkomt met de dragers en door de bewaakte toegangspoort wandelt. Is de tocht de moeite waard? Absoluut! Ondanks dat er in de Andes een onwaarschijnlijke hoeveelheid aan mogelijke trails te vinden is, heeft de Inca Trail het allemaal. Prachtige uitzichten, steile klimmen, ruïnes en authentieke dorpjes. Over bergtoppen en heuvelruggen, dichte bossen en open paden. Met wat geluk zie je condors hoog in de lucht cirkelen.

 

 

We zijn het met je eens, zo’n 550 euro per persoon (enigszins afhankelijk waar je het regelt, nooit goedkoop) is een aanzienlijk bedrag. En er zijn inderdaad alternatieven die ook zo mooi zijn. De Salkantay trekking bijvoorbeeld. Maar zeg nou zelf; het is toch geweldig om alleen al te kunnen zeggen dat je dé Inca Trail hebt gelopen?! Bovendien is deze tocht de enige die eindigt in wereldwonder Machu Picchu. In deze blog proberen we een antwoord te geven, uit eigen ervaring, op de meest voorkomende vragen. Vragen waar we onszelf mee bezig hielden, vragen die we van anderen gehad hebben. Hiermee worden de voorbereidingen voor jullie Inca Trail ervaring een stuk gemakkelijker!

 

 

Pittig, of valt het allemaal wel mee?

Elk jaar lopen duizenden mensen de trail. “Als zij het kunnen, dan moet het mij ook lukken”, denk je wellicht. Klopt, mits je óók net als al die duizenden fit bent. Je loopt niet de langste afstanden maar ze gaan wel van stijl omlaag naar stijl omhoog, continu. Vooral de tweede dag is slopend: je klimt dan in de vroege ochtend 1200 meter op 6,4 kilometer naar 4205 meter hoogte. Dat, in combinatie met de hoogte, felle zon of strenge wind, harde buien en vermoeidheid, maken de tocht zwaar. Oftewel, zorg dat je goed fit bent! Je hoeft echt geen marathons te kunnen lopen of hoog te kunnen houden met zandzakken, maar wanneer je hobby frikandelhappen of kratzitten is zul je niet in Machu Picchu komen. Ja, er zijn lopers die af moeten haken. Een goede voorbereiding is het halve werk, de andere helft moet je halen uit je doorzettingsvermogen. Om die knop!

 

 

En dan die hoogteziekte? 

Daar kunnen we kort over zijn. Wij hebben er geen last van gehad en ook wij wonen het grootste deel van het jaar ónder zeeniveau. Simpelweg een paar dagen wennen in Cuzco en de Heilige Vallei voldoen vaak. Het traplopen duurt wel wat langer zul je de merken; je hoeft je echt niet te schamen wanneer je na vier treden het gevoel hebt dat je benen van lood zijn. We hadden hoogteziektepillen gekocht voor de zekerheid, maar niet nodig gehad. Mocht je zelf wel last ervaren, neem dan vooral de tijd en drink veel water. Véél water! Geeft je lichaam aan dat je het niet meer trekt, luister dan naar je lichaam en overleg met je gids wat wijsheid is. 

 
Wat voor schoeisel moet ik eigenlijk dragen?

De één zegt hoog met veters tot halverwege de knie, de ander laag. Van wandelschoen tot hardloopschoen. En Peruaanse dragers op All Stars of Adidash slippers. Dus, wat jij wilt eigenlijk, waar jij fijn op loopt en waar jou enkel behoefte aan heeft. En moeilijker dan dat is het ook niet. Wanneer we objectief naar het terrein kijken is het pad zo goed onderhouden dat een makkelijke, lichte en het liefst enigszins waterafstotende (tot waterdichte) schoen met een aardig profiel gewoon voldoet. Bedenk je dat je vaak flink moet klimmen en hoge schoenen relatief zwaar zijn; op den duur ga je dit onherroepelijk voelen. Er zijn stukken met wat meer onregelmatig, steenachtig terrein, maar niets enkelverzwikkend. Wanneer het regent of geregend heeft, geen zeldzaam fenomeen in deze regionen, wordt het glad. Een schoen met profiel is een must. Dat is het aller, aller belangrijkst: zorg dat je grip hebt! Zelf liepen we de tocht op lage, waterafstotende en lichtgewicht schoenen. Meindl is een merk wat we kunnen aanbevelen, evenals de goretex serie van New Balance. 

 

 

Rugzak dragen of laten dragen?

Maar één optie wat ons betreft: zelf dragen die tas (mits je fysieke gesteldheid dit toelaat, want het is dus al erg pittig)! De prestatie is toch iets spectaculairder wanneer de rugzak waaruit je leeft ook op je eigen rug gehangen heeft. En geloof ons, je voelt je ook een stuk sterker wanneer je hikers met slechts een flesje water ziet lopen. De watjes. Sowieso worden de tenten, kookspullen en voeding voor je gedragen, dat scheelt al enorm! Tevens wordt er voor water gezorgd op de kampen; je hoeft dus niet meer water dan nodig voor een dag te dragen. Een ethisch voordeel van je tas juist laten dragen is dat je daarmee één van de 6.000 Peruanen die werkzaam zijn als drager steunt. Voor velen is het dragen van tassen van toeristen de bron van inkomsten. Mocht je twijfelen: wanneer je het écht niet meer trekt onderweg kun je voor zo’n 50 dollar een drager inschakelen die het voor een dag van je overneemt, of brengt iemand je terug naar de start in het kader van jou eigen veiligheid. Deze wordt dan opgeroepen uit een in de bergen gelegen dorpje. Misschien wel het beste voor beide partijen.

 

 

Boeken?

Altijd, elke dag van elke maand! Er mogen dagelijks 500 mensen het pad op; daarvan zijn 200 toeristen en 300 gidsen en dragers. En gezien de populariteit van de Trail zijn die 200 plekken zo gevuld. Voor het hoogseizoen boek je tenminste twee tot vier maanden in voren; voor het laagseizoen tenminste een paar weken. De gok wagen en in Peru boeken is niet aan te bevelen, al zijn er wel mensen die het gelukt zijn een paar dagen tot een week van te voren in te schrijven. Als je maar betaalt! Richtlijnen, wij hebben het niet verzonnen:

  • December, januari en maart: 3 tot 5 weken in voren.
  • April, oktober en november: 6 tot 8 weken in voren.
  • Mei en september: 2 tot 3 maanden in voren.
  • Juni, july en augustus: 3 tot 4 maanden in voren.
  • In februari is de trail dicht voor onderhoud; Machu Picchu kun je wel bezoeken.

 

 

Mag ik het ook op eigen houtje doen?

Ja, dat is het idee van backpacken inderdaad. Maar je kunt er niet om heen dat je je van te voren laat inschrijven voor de Inca Trail. Op eigen houtje aan de start verschijnen betekent gewoon no go. Geen uitzondering. Sinds 2002 is het onafhankelijk lopen van de Inca Trail verboden. De regels stellen dat elke loper moet worden begeleid door een professioneel gekwalificeerde gids (waar ze ook echt voor naar school moeten, niet te flauw). Het UGM (Unidad de Gestion Machu Picchu) is de overheidsinstantie die het allemaal overziet en de aanbieders van gidsen en haar uitrusting controleert: goede kampeeruitrusting, radiocommunicatie, eerste hulp inclusief zuurstof. Neem ook zeker je ID mee. Zonder legitimatie die overeenkomt met de bezoekerslijsten die worden aangeleverd door agencies kom je d’r niet in. Het overnemen van een startbewijs, verkopen of overschrijven op een andere naam is niet, nooit en bij niemand mogelijk. Evenals het veranderen van de startdatum. Dus, dan weet je dat, niet overal in Zuid-Amerika is het allemaal zo losjes geregeld.

 

Zijn er ook alternatieve routemogelijkheden?

Er zijn genoeg mooie routes in de omgeving van Cuzco en de Andes. Een selectie, voor degenen die niet ver in voren willen / kunnen boeken of een kleiner budget hebben, hebben we kort benoemd. Het voordeel van deze alternatieven is dat ze minder toeristisch zijn en je echt het gevoel hebt alleen op de wereld te zijn. Het nadeel is dat de routes niet in Machu Picchu eindigen (of de trein brengt je) en je dé klassieker mist.

  • Verkorte tweedaagse Inca Trail. Makkelijke tot gemiddelde moeilijkheidsgraad.
  • Mollepata – Salkantay – Machu Picchu zevendaagse route. Gemiddelde tot zware moeilijkheidsgraad.
  • Mollepata – Salkantay – Santa Teresa – Machu Picchu vijfdaagse route. Gemiddelde tot zware moeilijkheidsgraad.
  • Ausangate zes/zevendaagse route. Gemiddelde tot zware moeilijkheidsgraad.
  • Lares Valley vierdaagse route. Gemiddelde moeilijkheidsgraad.
  • Choquequirao vier/vijfdaagse route. Gemiddelde moeilijkheidsgraad.
  • Vilcabamba zevendaagse route. Gemiddelde moeilijkheidsgraad.

 

 

En het regenseizoen dan?

Wij liepen de Inca Trail in januari. De laatste maand trouwens dat hij open is voor de grote onderhoudsslag van de maand februari, als reeds benoemd. In maart gaat de trail weer open. Maar januari is midden in het regenseizoen en aan een bui ontkom je niet, de kans op rotweer is ook groter dan in juni/juli uiteraard. Maar laat je daar niet door tegenhouden. Onze ervaring is dat er af en toe een flinke hoosbui voorbij komt en het flink bewolkt wordt. Ja, dit gaat ten koste van het uitzicht en je bruintint, maar ook na Peruaanse regen komt zonneschijn. Wij hebben elke dag zon gehad, lekkere temperaturen en op de aankomstdag in Machu Picchu stralend, strak blauw en zomersheet weer! Kies je voor veilig en mooi-weer-garantie? Heb je alle tijd en kun je in het hoogseizoen in Peru zijn? Dan adviseren we je wel dán te lopen, want elke bui is er een te veel. Maar schrijf je dan tijdig in natuurlijk. Een overzichtje wat een beeld schetst over het weer, met de kanttekening dat het weer altijd zo om kan slaan:

MaandJanfebmrtaprmeijunjulaugsepoktnovdec
Max. C191919202020192020212121
Min. C776530024666
Regendagen18131183222781216

 

Fooien?

Niets verplicht natuurlijk. Je hebt immers betaald voor onder andere een entreebewijs, gids, maaltijden en dragers voor de spullen. Maar reken even mee: Je betaalt zo’n 550 euro voor het totale Inca Trail pakket. Meestal gaat dit via een bureau in Nederland dat samenwerkt met een bureau in Peru. Je wordt opgehaald door een chauffeur in Cuzco die je in anderhalf uur rijden naar het startpunt brengt (en ook weer terug naar Cuzco na de finish). Daar wachten de gemiddeld 1,5 dragers per persoon (ja, echt) op je die de komende vijf dagen jouw tent, eten en kookgerei dragen. Een gids die zijn uiterste best doet álles wat je onderweg ziet op z’n aller beste Engels uit te leggen, loopt ook met jou en je groep mee. Inmiddels moeten dus al minimaal 5,5 personen hun inkomsten halen uit jouw 550 euro, waarvan een onevenredig deel (een derde ongeveer) bij de gids en dragers terecht komt die daar vijf dagen voor moeten werken. Oftewel, voor 180 euro moeten 2,5 volwassen mannen vijf dagen werken. Dat is dus bijna 15 euro per dag hard werken om een familie, huis en gezondheid van te onderhouden. Fooien? Ja, natuurlijk! En daar doen ze hun uiterste best voor.

Wanneer je een dagtocht finisht, wacht iedereen je juichend op met een glas sap, en staat de kok de popcorn al te poppen terwijl de thee en koekjes reeds klaar staan.  Tentjes opgebouwd en lijntjes om je shirtje te drogen gespannen. Campingstoeltjes uitgeklapt en water en zeep om de voetjes te wassen. Als groep maak je daarom meestal een gezamenlijke pot met fooien die je op de laatste avond aan de dragers overhandigt in een kleine bedankceremonie. Dit is het extraatje wat dragers doen overleven, wat er toe kan bijdragen dat zij met hun familie wat leuks kunnen doen. Wij hebben de dragers met onze groep per drager zo’n 25 euro gegeven, de gids 35 euro. De dankbaarheid op dat moment was onbetaalbaar.

 

Overtuigd om ook deze tocht der tochten van Peru aan te gaan?

 

 

Ron

Hard werken, hard ontspannen. Minimale vakantiedagen, maximaal benutten. Op een budget reizen, maar er niets voor laten. Dat is hoe ik het doe, hoe ik het wil en hoe ik andere reizigers hoop te inspireren.

Onlangs bekeken ...

Een reis langs de zeven (nieuwe) wereldwonderen

5 tips voor het bezoeken van Machu Picchu

Laat een reactie achter

*